Wat is de bedoeling, April, dat je weer terugkeert?
Schoonheid volstaat niet.
Je houdt me niet langer rustig met het rood
van kleine blaadjes die plakkerig opengaan.
Ik weet wat ik weet.
De zon brandt heet in mijn nek als ik
de puntjes van de krokus zie.
De aarde ruikt lekker.
Overduidelijk dat er geen dood is.
Maar wat wil dat zeggen?
Niet enkel onder de grond worden hersenen van mensen
aangevreten door de maden.
Leven is van zichzelf
niets,
een lege beker, een onbeklede trap.
Het volstaat niet dat jaar in jaar uit
April
als een idioot van de heuvel naar beneden komt en brabbelend met bloemen strooit.
Edna St. Vincent Millay