Er is geen roos

Er is geen roos die eenmaal heeft gebloeid,
in Omars tuin, Homerus of de mijne,
al lang begraven onder al het fijne
bloembladenstof, waar zelfs geen dauw meer vloeit,

voor altijd uit het zicht en ongemoeid,
die niet opnieuw met geur, als rijke wijnen,
de vleugels van de lucht weet te belijnen,
als uit die zomers weer een nieuwe groeit.

Had ik “Liefde met heel mijn hart” bezworen,
dan met het hart van Lilith dat zo spreekt,
met liefde die Lucretia kan geven.

Zo had mijn liefde wel aan kracht verloren,
was Helena wat minder mooi geweest,
of jong gestorven, of in huis gebleven.

Edna St. Vincent Millay


Geplaatst op

februari 2011

No rose that in a garden ever grew, In Homer’s or in Omar’s or in mine, Though buried under centuries of fine Dead dust of roses, shut from sun and dew Forever, and forever lost from view, But must again in fragrance rich as wine The grey aisles of the air incarnadine When the old summers surge into a new. Thus when I swear, “I love with all my heart,” ‘Tis with the heart of Lilith that I swear, ‘Tis with the love of Lesbia and Lucrece; And thus as well my love must lose some part Of what it is, had Helen been less fair, Or perished young, or stayed at home in Greece.