“… om uit henzelf tevoorschijn te halen de liefde voor medailles en decoraties.
We moeten meer eerbiedwaardige zaken creëren voor hen die het instinct om te gaan
vechten in zichzelf willen bestrijden, hun onderbewuste Hitlerschap.
We moeten de man compenseren voor het verlies van zijn geweer.”
— Virginia Woolf
uit Thoughts on Peace in an Air Raid
Oorlog geeft ons kunst, dus we houden van oorlog.
Het brengt ons er toe de soldaat in zijn schuttersputje
in de modderige loopgraaf te plamuren en houdt
zijn door een granaat getroffen gezicht tegen de bloederige kolf van een geweer.
Oorlog geeft ons zaken om te koesteren, dus we houden van oorlog.
Paps cornet uit de tweede wereldoorlog en brieven aan Moeder,
ontslagpapieren opgevouwen in
de troosteloze deken in de cederhouten kist,
een Nazi radioheadset opgehangen aan de muur van de studeerkamer,
een Japanse zwaard in de kast op de logeerkamer, je
zag er net zo één op de antiekmarkt in Weerselo.
En spullen van Bommen Berends aanval bij Groningen staan
op verlichte planken in het stedelijk museum.
Herinnerd, op geboden, verloren en teruggevonden,
maken we oorlog keer op keer te gelde. Vol ontzag,
Oorlog geeft ons onze religie.
De God van de Pinkstergemeente houdt van oorlog
zegt voorganger Parsley,
net zoveel als Jezus van mij houdt.
Voorwaarts, Christenstrijders als vanouds,
God geeft ons geloof in de oorlog.
Oorlog geeft ons muziek, dus we houden van oorlog.
Liedjes om ons af te vragen waar de bloemen zijn gebleven,
fondsenwerving op de publieke omroep, liedjes van Peter, Paul en Mary
Ik bind mijn haar op
en draag mannenkleren.
Ik ga als je makker
als wij gaan marcheren…
Oorlog geeft ons familie, dus we houden van oorlog,
Iemand om thuis te verwelkomen, iemand om bij thuis te komen,
iemand om te schrijven, iemand om in te lijsten.
Oorlog geeft ons mensen om in te lijsten.
Oorlog geeft ons ooms om aan te denken,
maakt ons broeders in de buik van de tank—
Onze Vaders als plaatsvervanger van de laatste sacramenten voor stervende kameraden.
We zijn betere zonen als we van de oorlog thuiskomen.
Oorlog geeft ons banen, dus we houden van oorlog.
Bereidt ons voor op de maatschappelijke ladder,
leert ons volmaakte verzorging, stropdassen en
glimmend gepoetste schoenen, structureert het gezag, oefent ons
in het schillen van aardappels, brengt ons terug naar plaatsen
waar je nooit meer thuis zult komen, naar Woensdrecht om kruisraketten af te schieten.
Oorlog is ouder, heiland en onze ontspanning.
Dungeons en Dragons en
weekenden voor jonge kinderen met de reservisten.
Pinball, Nintendo en veldslagen bij de schoenenzaak.
Film, blok- en bendeoorlogen – het modelleert overleven.
Komt van pas als we trouwen en scheiden.
We zouden niet weten wat te doen als we geen oorlog hadden geleerd.
Oorlog geeft ons hoop, dus we houden van oorlog. Bogen ter grootte van een zonnebloem
hangen neer om het middel van esdoorns in de straat, houden zich staande
in honderden regenbuien, overleven de naam “In nagedachtenis van …”
op het draagbare knipperende bord bij het benzinestation.
Oorlog is meer dan de som van zijn delen. Hij heeft het eeuwige leven.
Hij biedt alle deelnemers onsterfelijkheid
in geschiedenisboeken en in memoriams.
Jennifer Bosveld