Als je door de Albert Cuypstraat naar het centrum van Zwolle fietst
staat er een kruis boven de stad.
Links een rij huizen die met meetkundige precisie
steeds meer ruimte geeft aan de lucht,
rechts groen in allerlei gradaties, bomen aan de einder,
ertussen de blokken bebouwing van de stad
met erachter het vermoeden van een witte kerktoren;
erbovenop een kruis.
Veel aan godsdienst in de stad lijkt verdwenen,
de Bethlehemse Kerk werd de Proosdij,
in de Jozefkerk zijn appartementen
en ook de hogeschool heeft de C al jaren van de gevel.
Maar toch, boven Zwolle, als je vanaf de goede kant komt,
dat religieuze assenstelsel
waar ik nooit meer omheen kan kijken.
Onze katholieke buren sloegen een kruis voor het eten,
wij zongen er alleen maar over
en hoorden er iedere zondag over preken.
Sinds ik het kruis zag kijk ik vaker omhoog.
Er is van alles te zien boven Zwolle,
een engel op de Grote Kerk, een communicatiezuil aan de Westerlaan,
achter het station zelfs een lullige bureaulamp.
Zo’n duidelijk kruis heb ik nergens meer gezien,
vanaf andere kanten komt het niet boven de stad uit
hoe ik ook heb uitgekeken.
Voortaan dus iedere morgen de Albert Cuypstraat.