Ik kan niet zeggen hoe het was.
Dit weet ik wel: Het kwam als gast.
De dag was helder en vol zon.
Echt mei, al was mei nog heel jong.
De klaproos was niet te ontwaren
in ‘t golven van de korenaren.
Niet ieder jong al uit het ei;
de broedtijd was nog niet voorbij.
Ik kan niet zeggen wat het was.
Dit weet ik wel: Zoals een gast
ging het weer weg, als zon in mei,
als al dat moois ging het voorbij.
Zo werd ik oud en koud en grijs.
Christina Rossetti