Monna Innominata. Een sonnet van sonnetten. 11

Vien dietro a me e lascia dir le genti. (Dante)
Contando i casi della vita nostra. (Petrarca)

Later wordt er dikwijls van jou gezegd:
“Hij hield van haar.” Wat zeggen ze van mij?
Schuiven ze wat ik voel zomaar opzij,
een vrouwengril, een spelletje, onecht?

Laat ze. Ze weten niets, hebben geen recht
te spreken van mijn liefde en mijn pijn.
De scheiding, niet bij jou te kunnen zijn,
zo hopeloos, mijn hemel zo ver weg.

Mijn hart lag immers altijd voor je open
en aan mijn liefde werd niets afgedaan.
Als ik de poort des doods straks door zal lopen

komt het met onze liefde goed terecht.
Dan geef je ‘t bij het laatste Oordeel aan:
Mijn liefde was geen vlaag, maar levensecht.


Geplaatst op

maart 2009

Many in aftertimes will say of you “He lov’d her”—while of me what will they say? Not that I lov’d you more than just in play, For fashion’s sake as idle women do. Even let them prate; who know not what we knew Of love and parting in exceeding pain, Of parting hopeless here to meet again, Hopeless on earth, and heaven is out of view. But by my heart of love laid bare to you, My love that you can make not void nor vain, Love that foregoes you but to claim anew Beyond this passage of the gate of death, I charge you at the Judgment make it plain My love of you was life and not a breath.