Ooit in de kerk zongen wij graag de psalmen.
Dierbare teksten, op een wijs gezet
die ieder woord gemakkelijk deed galmen.
En elke zondagochtend galmde het.
In vijfenzestig kwam een nieuwe versie.
Die leerde ik op maandag in mijn klas.
Mijn kerk ervoer een zekere aversie.
Die liet het liever nog zoals het was.
Daarna verscheen een N om aan te geven
dat deze keer juist nieuw diende gezongen.
En daarna duurde het wel meer dan even
voordat bij O juist oude teksten klonken.
Wat kiezen wij als standaard voor VO?
Noemen we nieuw straks N, of oud straks O?